Aangepast zoeken

Water -an art project
sail.robertschilder.com

GoFundMe button

 Recente positie op
 Shiptrak.org

Facebook button

Pinterest button

SAILING Weather




  reisverslagen  
Week 17 van het jaar 2014, door Frans
Van Fortaleza, Brazilië naar Îles de Salut (Frans Guyana)


Na 3 weken met broer Robert in Fortaleza te hebben vertoeft, ben ik solo op weg gegaan naar Frans Guyana. Robert, vergezeld van dochter en ega, zou een paar dagen later terug keren naar het vaderland. En plotsklaps werd het wel leeg aan boord van de Gemini...

Fortaleza laat ik achter met gemengde gevoelens. Het is een moderne stad met oninteressante hoogbouw die rond de stranden en de hotels lijkt te zijn gebouwd. Er zijn een paar koloniale gebouwen, maar die stellen niet veel voor. Twee plekken, die we een aantal keren hebben bezocht, vonden Robert en ik speciaal de moeite waard, het Mercado Central (drie verdiepngen met winkeltjes) en het Centro Cultural Dragãão do Mar, waar ze net als in Rotterdam (is dat al afgebouwd?) met een verhoogde wandelroute verschillende gebouwen (met theaters, bioscopen, galleriëen en musea) met elkaar hebben verbonden.

Centro Cultural Dragao do Mar, Fortaleza
Het museum met Arte Contemporânea (met oa een tentoonstelling van lichtprojecties van moviestars), was leuk om te bekijken.

Arte Contemporanea, Fortaleza
Fortaleza is een gevaarlijke stad. Op de wereldranglijst van levensdelicten neemt het de 7e plaats in. Vele locals hebben ons gewaarschuwd waar niet te gaan. Almir, onze taxichauffeur, die weinig Engels spreekt, maar een zeer expressieve gebarentaal meester is, gaf ons met zijn wijsvinger in zijn nek te kennen, dat je in de favela's je leven niet zeker bent. “Perigoso!” Bij de Havenautoriteit, waar me moesten inklaren, bleef hij ook niet wachten, maar reed rondjes tot we klaar waren. Er was net een straatroof geweest en er was politie op de been met kogelvrije vesten. Voor jotties in de marina van het Marina Park Hotel is er eigenlijk maar een veilige plek en dat is de compound van het hotel zelf. Zo werd Robert door de security afgeraden (weliswaar met een camera om zijn nek) buiten om het hotel heen te lopen. Het Amerikaanse jacht "Galadventure", dat de eerste nacht voor de Fortaleza jachtclub voor anker was gegaan, was overvallen. Ik ontmoette Kirk, de schipper, bij het zwembad van het hotel, met beide armen in het verband. Hij was van gestommel wakker geworden en was tot de aanval was overgegaan. "I almost got them!" (Die aanval vind ik trouwens niet zo'n slimme actie...) Hij liep diverse steekwonden aan hand en arm op, voordat hij van achteren werd neergeslagen.

Marina Park Hotel mag dan veilig zijn wat de persoonlijke veilgheid aangaat, de marina zelf, vind ik, wat de set-up en het onderhoud betreft, onveilig. Een bemanningslid van een Israëlische boot aan de kade, een waterbouwkundig ingenieur, die mede de haven van Wladiwostok zou hebben ontworpen, had geen goed woord over voor het ontwerp van de havenhoofden van Marina Park. Het zou de oorzaak zijn van de zware deining binnen de marina tijdens bepaalde fasen van het tij. Af en toe leek het wel een draaikolk volgens Robert, wat je mooi kon zien aan de oppervaktevervuiling. De vierde dag in de marina, met springtij, werd het anker van de Gemini door de modder weggetrokken. Zo ook bij twee andere boten. Het tweede anker bleek niet voldoende de boot op positie te kunnen houden. Op de surf kwam de achtersteven met de buitenboordmotor tegen het ponton terecht, waarbij het hekwerk werd ontzet. Hetzelfde overkwam de volgende dag onze Duitse buurman "WIGWAM" waar de zwemtrap beschadiging opliep. De oplossing uiteraard was een nog grotere afstand van de kade (plus minus 5m). Sowieso gingen wij al met de dinghy langs de trossen aan land. Daarnaast hadden vanaf dat moment de meeste boten een zware tros naar de overkant van de marina uitgebracht. Op de dag van vertrek was er aardig wat werk te verzetten. De twee trossen naar de overkant moesten worden ingenomen en we hadden een nieuwe buurman gekregen die zijn ankerketting over het tweede anker van de Gemini had uitgebracht. Gelukkig hebben hij en zijn opstapper meegeholpen om dit anker uit de modder te krijgen (met de zwaarste lieren van de Gemini). lees meer ...

Eenmaal vrij van trossen en ankers ben ik achter het tweede havenhoofd weer voor anker gegaan om schoon schip te maken. Een uur of 3 later ben ik op weg gegaan naar Frans Guyana, een reis van 1020 zeemijl. Volgens de weerberichten kon ik de komende dagen verzekerd zijn van 'mooie wind". Dat klopte en met de extra duw van de Guyana current kon ik fraaie daggemiddelden maken (van minimaal 141 en max 173 mijl). Officieel heet deze stroming de South Equatorial Current, westwaarts lopend langs de noordkust van Brazilie. De stroomsterkte tegen de 200 m dieptelijn kan soms wel oplopen tot 4 knopen. Het is niet alleen bonus wat de Guyana current oplevert. Een sterke stroming veroorzaakt ook vaak een lompe zee en kan voor complicaties zorgen (lees volgende weekly).

Al op de tweede dag kwam ik in de Inter Tropical Convergence Zone (ITCZ) terecht, ook wel doldrums genaamd. Het is een Oost West strook in de tropen die ontstaat daar waar waar de noordelijke en zuidelijke weersystemen elkaar ontmoeten. De locatie varieert het hele jaar door, maar blijft uiteraard rond de evenaar. Het is een gebied met weinig tot geen wind, zware regenbuien, onweer met bliksem en afentoe een squall waar wel 30 knoop wind in kan zitten. Eén dag lang heb ik in de windstille, grijze, hete, natte stoom gezeten. Gelukkig dat de Perkins met 12 uur motoren me hier door heen kon helpen. In de tijden van de zeilvaart was dit anders en werd er wel eens wekenlang gedobberd.

Ter hoogte van de monding van de Amazone rivier ging ik voor de 4e keer met de Gemini de evenaar over, wel op een afstand van zo'n 100 mijl van de kust om het voordeel van de Guyanacurrent langs de 200 meter lijn goed te kunnen benutten. Om goed uit te komen bij Îles du Salut moest ik wel een punt kiezen om de Guyana current te verlaten, wat ik op zo'n 100 M afstand van de eilanden heb gedaan. Het bleek voor de snelheid niet uit te maken. Ik hield de stroom mee en moest erg mijn best doen voldoende te vertragen om niet midden in de nacht bij Île Royale aan te komen. Het kostte enige moeite bij het eerste daglicht uit te maken welke van de eilanden Île Royale was, het enige eiland met een geschikte ankerplek. Zoals zo vaak loste het probleem zich vanzelf op met meer licht en minder afstand.

Ik ging voor anker in de Baie de Cocotieres (5° 17.1 N, 52° 35.3W) dicht bij de mooring van de catamaran-ferry. In de anchorage bleek WIGWAM aanwezig, die nog dezelfde dag is vertrokken naar Kourou aan de kust om het European Space Centre te bezoeken. WIGWAM heeft mij nog wel van de nodige info kunnen voorzien, onder meer dat er drie dagen later een lancering van een raket gepland was. Alle jachten dienen dan bij de eilanden weg te zijn.
Er zijn geen douane of immigratie beambten op Îles du Salut, dus je hoeft niet in te klaren. Er schijnt een afdeling van het Vreemdelingenlegioen te zijn die het hele offshore gebied van het Space Centre bewaakt. Ik heb geen legionaires, wel regelmatig security officials gezien.

Îles du Salut bestaan uit drie kleine eilanden, Île Royale, Île St Joseph en Île de Diable ofwel Duivelseiland, door het boek en de film "Papillon" bekend geworden als Franse strafkolonie, door de Fransen Bagne genoemd. Ze zijn 10 mijl van de kust van Frans Guyana verwijderd. Vanwege de sterke stroming rond de eilanden, en niet te vergeten de haaien, werden ze als escape-proof beschouwd. Tijdens de Franse Revolutie werden er de eerste (politieke) gevangenen naar toegebracht. Van 1852 tot 1954 dienden ze, samen met een afdeling in St.Laurent de Maroni op het vasteland, als strafgevangenis en verwierven in die jaren een reputatie van brute hardheid. Door ziekten, uitputting en de guillotine vonden er zo'n 80.000 gevangenen de dood. De lijken gingen letterlijk naar de haaien, alleen bewaarders en overig personeel werden op St.Joseph begraven.

Er waren maar weinig gevangenen die Frankrijk terugzagen, mede vanwege de "doublure", de verplichting het aantal jaren gevangenisstraf eerst nog in Frans Guyana door te brengen voor naar Frankrijk terug te mogen keren. De Franse regering hoopte zo de kolonie tot ontwikkeling te kunnen brengen. Een vergelijking met Australie dringt zich op.

Tot de meest bekende gevangenen worden Dreyfus en Papillon gerekend. Dreyfus werd in 1894 wegens hoogverraad (omdat hij Franse militaier geheimen zou hebben doorgespeeld aan de Duitse ambassade in Parijs) door een militair tribinaal veroordeeld. Omdat de bewijsvoering aan alle kanten rammelde, mondde het uit in de Dreyfus-affaire, met voorstanders en tegenstanders. Als pleidooi voor Dreyfus richtte schrijver Emile Zola zich in de krant met zijn brief "J'accuse..." tot de president van Frankrijk. Dreyfus bracht, zwaarbewaakt, 5 jaar door op Duivelseiland, tot hij in ere werd hersteld.

Henri Charriere, alias Monsieur 'Papillon', heeft, vanwege doodslag, vanaf 1931 in het Bagne 9 jaar uitgezeten, overwegend in Cayenne op het vasteland en niet op Duivelseiland, zoals hij het heeft beschreven. Als ik de poster in het museum (in de voormalige directeurswoning) mag geloven, is zijn boek overwegend fictie en beschrijft het de omstandigheden zoals ze 20 jaar eerder waren. Papillon heeft vooral de verhalen van de escapades van andere gevangenen gebruikt en is niet ontsnapt van Duivelseiland maar van Cayenne.

De eilanden zijn nu een touristen attractie. Dagelijks brengen grote catamarans dagjesmensen, die niet alleen de ruinies van het bagne komen bekijken, maar ook komen genieten van de prachtige natuur. Er is een hotel met restaurant en curio-shop in een van de vroegere personeelsgebouwen en er is een gite waar je gratis kan overnachten. Nergens hoef je toegang te betalen.

Op Duivelseiland zelf is het verboden toegang. Gezien de sterke stroming zou het ook maar weinig jotties lukken met hun dinghy aan land te gaan.

Île Royale, eens het administratieve hoofdkwartier, heeft de kapel, het hospitaal, het museum en een aantal gerestaureerde gevangenisgebouwen.

De isolatiecellen vond ik ronduit indrukwekkend; kleine afmetingen van de cel, een klein tralievenster en een brits waar de gevangene ook nog eens op vastgeketend kon worden. Een regiem hield o.m. in dat ze alleen 's nachts op hun brits mochten liggen.

Op Île St Joseph bevinden zich eveneens cellen voor eenzame opsluiting, maar ook ruinies van wat werkzalen geweeest moeten zijn. Veel gebouwen zijn overwoekerd met jungle. De weg omhoog naar de gevangenis, gemaakt van platte natuursteen, is gerestaureerd. Dat moet oorspronkelijk veel gevangenenarbeid hebben gekost.

Op de eilanden kwam ik opmerkelijk veel wildlife tegen zoals kleine apen, papegaaien, agoutis (met de kop van een eekhoorn en een vreemd groot achterlijf met lange poten), pauwen en kippen.

Zondagavond de 27ste april ben ik ruim voor zonsondergang begonnen met de GEMINI vaarklaar te maken. Gezien de afstand naar Suriname (circa 185 M) en het tijdstip van hoog water aan de monding van de Suriname rivier, leek een vertrek even na middernacht het slimst.

terug naar de reisverslagen



 Reisverslagen 2011
  -Frans

juli - november 2007
 Ecuador - Marquesas - Genootschapeilanden
  -Frans

mei - juni 2007
 Panama & Galapagos
  -Harriet & Frans

maart - april 2007
 Cartagena & Panama
  -Frans

maart - april 2007
 Curaçao - Cartagena
  -Iris & Frans

mei 2006
 Curaçao
 STRIPVERHAAL
 - Coja &Proza

april 2006
 Isla de Margarita
 - Aad & Frans

maart - april 2006
 Curaçao-Isla de Margarita
 - Stefan, Richard & Frans

mei-juni´05
  Cuba-Jamaica-Haiti-
 Curaçao
 - Toos, Wilma &Frans

april.´05
  Cuba zuidkust
 - Harriet &Frans

mrt-apr.´05
  Cuba
 - Frans

februari´05
  St Maarten-St Croix-
 Puerto Rico-
 Dom.Republiek-Haiti-
 Jamaica-Cuba
 - Art, Lies & Frans

kerst´04 - jan´05
 Kp Verden - St Maarten
 - Iris & Frans

najaar 2004
  Ned-Gran Canaria
 - Lino & Frans





All Rights Reserved 2005-2014. | www.sy-gemini.nl | Design by IMAGEPOINT