|
Wat zit er in de GRABBAG van de Gemini?
Voor het onverhoopte geval dat je midden op zee je boot moet verlaten, is het noodzakelijk snel een tas te kunnen grijpen met de essentiële spullen die meemoeten in het reddingvlot.
Mijn grabbag is een gele, waterdichte plunjezak met daar op vermeld de naam GEMINI en het callsign (PD 4951). Goed zichtbaar dus en drijvend, als ik hem niet te zwaar maak.
Er zit een lijn aan met een musketonhaak en een checklist voor spullen die niet permanent in de grabbag zitten, maar wel meemoeten. Op het lijstje staan ook extra spullen vermeld die, als de tijd beschikbaar is om ze te verzamelen, wel handig zijn om bij je te hebben. De grabbag heeft een vaste plaats (op de bovenste kooi van de gastenhut aan stuurboord, wat toch al is ingericht als opslagruimte). Het is dicht bij de weg naar buiten en kan zo worden meegetrokken. Vòòr elke lange reis controleer ik de inhoud.
REDDINGSMIDDELEN
- De Epirb (McMurdo 406, geeft een noodsignaal en positie af) is geregistreerd, datum en werking (batterijen) moet worden gecontroleerd.
- De handheld VHF (met batterijenhouder en extra batterijen) in een waterdichte zak.
- Ernst vuurwerk (aanbevolen wordt 6 parachutes, 6 rode vuurpijlen en 4 handhelds waarvan 2 witte en 2 rooksignalen).
- Een flikkerlicht, eventueel in combinatie met een zaklamp.
- Een spiegeltje om met behulp van de zon signalen af te kunnen geven (met een CD kan het ook).
- Een fluitje (zit waarschijnlijk al in het reddingvlot).
- Een kleine GPS, zodat je een positie door kan geven, mocht je radiocontact hebben.
OVERLEVINGMIDDELEN
- Water is het belangrijkste om te kunnen overleven. Zonder voedsel lukt het enkele maanden, zonder water kan het niet langer dan twee tot drie dagen.
En voor een senior zoals ik, is dehydratie nog eens een bijkomend fysiologisch risico. Een 10 L waterjug, voor ¾ gevuld dan blijft hij drijven, staat in de buurt van de grabbag voor het grijpen.
Op het dek staan twee 20L jugs, die ik kan meenemen als daar tijd voor is. Ik zou verder zoveel water meenemen als er ruimte voor is.
- De NOODTON, waterdicht afsluitbaar en afkomstig van de farmaceutische industrie (In de tonnetjes van de GEMINI heeft anti-depressiva gezeten) is bestemd voor voedsel.
Behalve kleine blikjes met voedsel zijn er pindakaas, energy bars, gedroogd fruit en (ongezouten) nootjes.
Om er ook pindakaas en druivensuiker bij te hebben, is een idee van Henk van de Velde.
- In de grabbag zit verder een kleine verbanddoos met een aantal medicijnen zoals zeeziektepillen, ibubrufen, fucidine Leo, multivitaminen, zonnebrandolie, vaseline en/of olijfolie om zoutwater infecties te voorkomen.
- Visspullen (lijnen, haken en lures)
- Aanstekers/lucifers
- Hardware: mes, klein snijplankje, multitool, karabijnhaken, tie-raps
- Koplamp en reservebatterijen (+ kleine solar oplader)
- Touw (drijflijn en shockcord)
- Duct tape
- Sponsjes en
- Een slangetje om water uit een jug te kunnen drinken
- Blikopener annex multitool
- Tupperware dozen en waterdicht afsluitbare plastic zakken (zip-locks van een goed merk) en een stuk plastic om regenwater op te vangen
- Kleding, zeiljas, zeilbroek (om een droge kont te kunnen houden), een paar hoedjes, wollen muts, thermo-ondergoed, fleece.
DE PERSOONLIJKE GRABBAG
Met opstappers aan boord is het van belang dat een ieder ook een eigen (kleine) grabbag paraat heeft met de meest essentiële zaken zoals:
- Zonnebril en reservebril (leesbril)
- Persoonlijke medicijnen
- Paspoort, credit card en wat dollars
- Huissleutels
- Mobiele telefoon, in waterdichte zak
- Adressenlijst van belangrijkste personen en instanties (verzekeringsgegevens) met telefoonnummers
- Voor de schipper, ik dus, komt daarbij de scheepsdocumenten en de verzekeringspapieren in een waterproof zak. Logboek hoor ik ook mee te nemen.
OPTIONEEL
- Verrekijker
- Papier and potlood in een ziplock
- Leesvoer zoals survivalboekjes
- Duikmasker en snorkel
- Neopreen matjes (maar die heb ik wel helemaal voor in de kettingbak liggen)
- Handwaterpomp en hand opblaaspomp (kost ook een paar minuten om te pakken)
- Hoosblik (van kunststof)
- Speargun (het spanrubber is stuk dus misschien alleen de speer).
WENSEN
- Vlieger van reflecterend materiaal, een zogenaamde RESCUE KITE (kun je ook mee spelen onder het zeilen)
- Reparatiekit voor dinghy of reddingvlot
- Kleine radar reflector
- Een kleine drogue (zeeankertje)
- Een Solar still (goedkoop) of een handwatermaker (duur). Je schijnt ze zelf te kunnen maken, zie hier onder.
OM OVER NA TE DENKEN
- Als ik in het reddingvlot stap, neem ik dan ook de dinghy mee? Vooropgesteld dat het weer dat toelaat.
Kant en klare SOLAR STILLS
Selfmade SOLAR STILLS
INTERESSANTE LINKS
www.instructables.com/id/Uncle-Johns-portable-solar-water-distiller-Fo/?ALLSTEPS
|
Deze SOLAR STILL kan snel klaar zijn en i.p.v. een natte zwarte lap een leeg blikje in een zwarte sok en een witte sok over de kop.
|
*Welke persoonlijke ‘zeilspullen’ zijn van belang om mee te nemen als opstapper?
Een ieder zal hier zo zijn eigen ideeën over hebben, maar dit zijn mijn suggesties:
Realiseer je dat het maar kleine ruimten zijn aan boord dus probeer je bagage te beperken tot één plunjebaal of rugzak en een kleinere rugzak. Wielkoffers of rugzakken op wielen zijn aan boord onhandig (moeilijker te stouwen en wat als die door je hut gaan vliegen..).
1. Je eigen reddingvest met ingebouwd harnas. Als je er nog geen een hebt, kies er dan een die lekker zit en gemakkelijk is te verstellen, Op de GEMINI zijn weliswaar meerdere reddingvesten aanwezig, maar na 10 jaar durf ik er niet meer 100 % voor in te staan. Je eigen lijflijn is ook een goed idee.
2. Oliegoed, tegenwoordig zeggen ze zeilpak. In de tropen kan een lichte uitvoering voldoende zijn als het maar waterdicht is EN ademt. Een goed idee voor de tropen is een gewone regenbroek tot even boven de knieën af te knippen. Een paar zeillaarzen is ook een goed idee zeker als je in een gebied met variabele winden gaat meevaren.
3. Kleding. Voor de tropen veel korte broeken en slippers, voor de koude gebieden thermo-ondergoed en fleece. Een goede zonnebril en hoedjes, petten en een wollen muts… Sommige zeilers zweren bij zeilhandschoenen, ik vind het maar lastig. Als mijn handen gevaar lopen doe ik werkhandschoenen aan. Zeilschoenen is veiliger aan dek dan blote voeten, maar het kan wel erg warm zijn. Grote Zip Bags om kleding op te bergen.
4. Zeilmes met kartel en marlinspike. Die zou je eigenlijk altijd bij je moeten hebben. Maar ja, nogmaals, in de tropen heb je weinig aan je lijf waar die aangehangen of opgeborgen kan worden..
5. Je persoonlijke grabbag, bij voorkeur waterdicht. Voor je paspoort, geldbuidel, creditcard, mobieltje, huissleutel en een lijst met adressen en telefoonnummers (verzekering e.d.) Meerdere pasfoto’s en meerdere kopieën van je paspoort (vooral in Azie). Een moneybelt is veiliger als je aan land gaat, zeker in Zuid Amerika.
6. Medicijnen, als je die nodig hebt en de zeeziektepillen die bij je werken.
7. Je eigen zaklamp (met ook flikkerlicht) en koplamp met hoge lichtopbrengst en reserve batterijen.
8. Vergeet je camera niet om dolfijnen voor de boeg en springende walvissen vast te kunnen leggen... haha
9. Als je een smartphone of een kleine laptop hebt, zou ik die ook maar meenemen, bv om te mailen en te Skypen met je loved-ones.
10. Goed passend duikmasker en snorkel. Er is heel wat snorkel en duikapparatuur aan boord, dus vinnen hoeft niet perse, maar een masker wat steeds volloopt is gewoon vervelend.
Juni 2013
* Instructie nieuwe opstappers
1. 1e rondleiding
-
pantry (gas aan/uit, voorraden, boiler, waterpomp,
broodbakker
-
werking muziekdoos
-
bedieningpaneel
-
opladen batterijen / mobieltjes
-
bestemming kastjes
-
werking toilet (papier niet in de pot, werking afsluiters,
pomp en douches)
2. Dekwerk
-
1 hand voor la Gemini,
1 hand voor jezelf,
-
niet vastpakken aan antenne/ windgenerator,
-
locatie en
werking van: trossen, bolders, fenders, lieren, ankerlier, boothaak
-
vistuig
3. Perkins en sturen
-
starten/stoppen motor, gas in zijn vrij, “hydraulisch” gas geven voor ankerlier
-
oefenen sturen op open water, kompas
-
autopilot / windvaan
4. Reddingmiddelen
-
reddingsvesten, reddingboei, joon, flares,
schijnwerpers, ‘horns’, life-raft
-
locatie en werking van brandblusapparatuur, bilge
pompen
-
locatie verbandtrommels/medicijnen
-
man over boord (MOB/GPS, joon, drijflijn, zwemtrap,
marifoon / GPS, Epirb)
-
oefenen marifoon (noodprocedure) en SW Radio
5. Dinghy
-
werking kraan/takels
-
BB motor starten/stoppen/bedienen
-
Beveiligingen tegen stelen
6. Knopen
-
opschieten van lijnen
-
halve steek, mastworp, paalsteek, trucksjorring
* Checklist voor vertrek naar het buitenland
Voor algemene informatie is er de
belastingtelefoon. 08 00 05 43. Meer specieke
informatie bij het eigen belastingkantoor. www.belastingdienst.nl.
Ook is er de Dienst Particulieren Buitenland: Schakelweg 5, 6401 DJ, Heerlen, (045) 573 66
Voordat je definitief naar het buitenland gaat, zijn er een aantal zaken die je moet regelen en een paar dingen waaraan je moet denken.
Informeer wat je werkgever voor je kan doen vóór je met het regelen van onderstaande zaken begint. Ook andere organisaties kunnen bij veel zaken behulpzaam zijn. De
belangrijkste staan genoemd.
Werk- en verblijfsvergunning regelen
Ook voor een eventuele partner te verkrijgen via ambassades of consulaten van het land van
bestemming. Voor adressen: zie Buitenlandse Zaken Oranje Boekje (BOB), verkrijgbaar bij de publieksbalie van Buitenlandse Zaken: tel.
070-3484660. BOB is ook in de vorm van een database aanwezig op internet: http://bob.minbuza.nl.
Je kunt zoeken naar bezoek-, post- en e-mailadressen, telefoon- en faxnummers van de Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland
- Sommige landen eisen een gezondheidsverklaring (bijvoorbeeld wat betreft afwezigheid van besmetting met TBC of HIV).
- Soms heb je een verklaring van goed gedrag nodig (af te halen in de gemeente waar je staat ingeschreven).
Alles regelen m.b.t. je diploma’s
Zorg dat je, nu je nog in Nederland bent, alles uitzoekt wat betreft je diploma’s. Problemen met de erkenning van diploma’s in het buitenland of de toegang tot het uitoefenen van bepaalde beroepen komen veel voor. Adressen van instanties die hiermee kunnen helpen zijn:
De volgende
zaken kun je regelen om in ieder geval het risico op problemen zo klein
mogelijk te maken:
- erkenning van diploma’s via Nuffic/Informatiecentrum Richtlijn Algemeen Stelsel en
de Informatie Beheer Groep (IGB). Het IBG in Groningen kan zorgen voor
(een gedeelte van) het legaliseren van diploma’s, dat wil zeggen: ze zo
waarmerken dat de overheid van een ander land weet dat ze echt en erkend
zijn. Nadat de IBG heeft gezorgd voor de waarmerking, moet het diploma in
de meeste gevallen door naar de arrondissementsrechtbank. De rechtbank
doet dan de rest van de legalisatie. In andere gevallen moet het diploma
door naar het ministerie van Buitenlandse Zaken, die de IBG-handtekeningen legaliseert. In de laatste situatie
moet het consulaat-generaal van het land van bestemming er ook nog aan te
pas komen. Ten slotte levert de IBG ook zogenaamde statusverklaringen voor
diploma’s lbo, mavo, havo, vwo, mulo en hbs. Gaat het om een mbo-diploma,
dan kan je bij COLO, de vereniging van
landelijke beroepsonderwijsorganen, terecht.
- Gewaarmerkte kopieën maken. De IBG zorgt ook
voor gewaarmerkte kopieën, nodig om aan te geven dat de handtekeningen op
de kopie echt zijn.
- Vertaling van diploma’s kun je laten verzorgen
door o.a. beroepsorganisaties of vertaalbureaus. De Nuffic
levert ook ‘Diploma-Beschrijvingen’, zogenaamde
DB’s. Daarin staat, toegespitst op de individuele situatie en in het
Engels, wat het genoten onderwijs inhoud.
- Sommige universiteiten en hbo-instellingen
leveren een ‘Internationaal Diploma-Supplement’
(of kortweg IDS), dat veel uitgebreider is dan dat van de Nuffic. Dit behoort doorgaans alleen tot de
mogelijkheden wanneer men nog bij de onderwijsinstelling ingeschreven is.
Het is aan te bevelen dit uiterlijk rond het afstuderen te regelen.
- Informatie opvragen beroepserkenning binnen de
Europese Unie via Nuffic.
- Uitleg regelen in het Engels over waarde van
je Nederlands diploma. Beroepsonderwijs: COLO,
Voortgezet onderwijs: IBG, HBO: Nuffic.
- Uitzoeken met welk buitenlands diploma het
jouwe te vergelijken is (Nuffic).
- Uitzoeken welke titel je mag voeren (Nuffic).
Papieren in orde maken
- tickets regelen
- een kopie van alle belangrijke papieren bij
bekenden achterlaten
- paspoort checken (sommige landen eisen dat je
paspoort bij aankomst nog minimaal een half jaar geldig is).
- regelen visa en beroepsvergunningen.
- gewaarmerkte kopieën maken van belangrijke
papieren (notaris, gemeente).
Verzekeringen nakijken en/of afsluiten
Als je voor
tenminste 3 maanden voor studie of stage naar het buitenland gaat, dien je na
te gaan of je wel goed verzekerd bent. Vaak is je huidige
ziektekostenverzekering niet toereikend. Ze dekt vaak in veel landen maar een
gedeelte van je ziektekosten.
Een combinatie
van een gewone ziektekostenverzekering en een reisverzekering voldoet meestal
niet en is bovendien duur. Met de meeste reisverzekeringen mag je niet langer
dan 3 maanden wegblijven, en ook niet werken of stagelopen.
- Bij de sociale verzekeringsbank en GAK checken
hoe het zit met de Nederlandse verzekeringen, AOW en ANW regelen bij
Sociale verzekeringsbank afd. vrijwillige verzekering 020 – 656 5225. WAO,
WW en ZW regelen bij GAK afd. basisregistratie ovv
050 – 599 8036.
- Eventueel bijverzekeren voor Nederlandse AOW, ANW, WAO,WW en ZW, ruim vóór
de afloop van de verplichte verzekering.
- Uitzoeken voorzieningen sociale zekerheid in
bestemmingsland of regio. Informatie over de gevolgen van een
buitenlandtripje voor de sociale zekerheid geeft de folder “Praktische
oplossingen voor praktische problemen”, verkrijgbaar bij het
Arbeidsbureau.
Gezondheid
- inentingen regelen GG&GD
- gezondheidssituatie checken (huisarts,
tandarts, ...)
- extra medicijnen inslaan
- belangrijke medicijnen in je handbagage.
Financiën
- laat je financiële zaken waarnemen (familie,
vrienden en banken)
- regelen dat vaste betalingen doorlopen en geld
ontvangen kan worden (banken of gemachtigde vrienden)
- afrekenen met schuldeisers
- regelen van schriftelijk bevestiging van
salarisuitbetaling (hoe en wanneer)
- bankrekening regelen in land van bestemming.
De belastingdienst
Het is
raadzaam om contact op te nemen met de belastingdienst (www.belastingdienst.nl),
zodat die kan helpen met belastingzaken die je voor vertrek moet afhandelen.
Wie niet in Nederland woont, betaalt alleen belasting als hij of zij bepaalde
inkomsten uit Nederland geniet. Het is dus voor de Nederlandse inkomstenbelasting,
vermogensbelasting en de heffing van premie volksverzekeringen van belang waar
iemand woont.
Er zijn
verschillen tussen tijdelijk naar het buitenland gaan en emigreren. Het kan
nuttig zijn een gemachtigde aan te wijzen die je belastingzaken waarneemt. Deze
kan dan bijvoorbeeld een eventuele teruggaaf na je vertrek in ontvangst nemen
of zorgen voor de betaling van nog op te leggen aanslagen. Zijn/haar adres kan
ook als postadres dienen voor de belastingdienst waardoor je sneller en
effectiever bereikt kan worden.
- je financiële zaken afhandelen Belastingdienst
(f-biljet), IBG 050 – 599 8036.
- uitzoeken hoe het zit met mogelijkheden om de
Nederlandse belastingheffing aanzienlijk te verminderen. Een voorbeeld is
de Nedeco-regeling (bij uitzending naar het
buitenland kan onder voorwaarden een extra aftrek aan beroepskosten worden
opgevoerd van 35% van het met de uitzending verdiende inkomen).
- voorkom dubbele belasting.
Wie in het buitenland werkt krijgt te maken met belastingverdragen
of een nationale regeling ter voorkoming van dubbele belasting. Deze regelingen
zorgen er onder bepaalde voorwaarden voor, dat de Nederlandse belastingdienst
belastingvrijstelling moet verlenen. De hoofdregel (met tal van uitzonderingen)
is dat inkomsten uit arbeid belast zijn in het werkland. Nederland heeft een
omvangrijk net van belastingverdragen gesloten. Ten aanzien van landen waarmee
geen belastingverdrag is gesloten geldt het Besluit Voorkoming Dubbele
Belasting 1989 dan wel artikel 38 lid 2 AWR.
Ieder inwoner van
Nederland is in principe verzekerd voor de Nederlandse volksverzekeringen. Deze
verzekeringspremies worden gewoonlijk op het loon ingehouden en de
eindafrekening volgt veelal onopgemerkt op het aanslagbiljet. Onder bepaalde
omstandigheden komen ook inwoners van Nederland voor vrijstelling van
premieheffing volksverzekeringen in aanmerking. Bij een uitzending naar een
niet-Europees land van meer dan drie maanden kan dit al aan de orde komen;
binnen de Europese Unie gelden speciale detacheringregelingen.
Voor meer
informatie zie www.belastingdienst.nl
Onderwijs voor eventuele
kinderen
Diversen
- Huidige woonruimte (onder-) verhuren (goed contract maken) of verkopen.
- Contact zoeken met een
internationale verhuizer of opslag van spullen regelen. Hou bij vervoer
over zee rekening met een lange wachttijd. Bij de Erkende Verhuizers (www.erkende-verhuizers.nl)
is een folder te bestellen met goede verhuisraadgevingen met een complete
checklist.
- Nieuwe woonruimte regelen
in land van bestemming.
- Zorg voor een postadres.
- Adreswijzigingen doorgeven
aan instanties en bekenden (service van PTT-post,
verhuisbericht).
- Opzeggen lopende
abonnementen, cursussen, telefoon enz..
- Probeer de eerste weken
zoveel mogelijk vrij te houden om je nieuwe omgeving te verkennen. gun
jezelf de tijd om te wennen en praktische zaken te regelen.
- Uitschrijven uit het
bevolkingsregister. Vraag bij uitschrijving om een bewijs van
uitschrijving. voor inschrijving in bepaalde landen (zoals bijvoorbeeld de
Nederlandse Antillen en Aruba) is dit bewijs noodzakelijk.
- Verbrand niet alle schepen
achter je. Stage of werk in het buitenland kunnen soms op een
teleurstelling uitlopen. Spreek met jezelf een bepaalde periode af
(bijvoorbeeld drie maanden), waarna je de situatie opnieuw bekijkt.
- Informeer of je je eventuele huisdieren mee kan nemen
Bron: verhuisbedrijf.nl
Opmerkingen en suggesties betreffende deze website zijn zeer welkom op
robertschilder@gmail.com
|
|
|
|