Vandaag begint de lente in Europa, terwijl wij al maanden en ik inmiddels al 5 weken aan het genieten zijn van het warme, meestal hete tropische weer. Een troost voor jullie: het kan hier ook te warm zijn, waardoor je in een lome, inactieve gemoedstoestand komt en er weinig meer uit je handen komt. Voor de meeste Antillianen schijnt dat normaal te zijn, maar wij Nederlanders (nou ja, een bepaald soort Nederlanders dan) willen nou eenmaal ook in onze vakantie iets nuttigs doen, zeker als je alweer weken onderweg bent. Voor mij is deze vakantie in dit opzicht een grote uitzondering: terwijl ik anders in 3 weken tijd een heel land bekeken zou hebben (Polen, Syrië, Jordanië, Peru, etc.) ben ik nu nog niet verder gekomen dan Curaçao en Bonaire. Inmiddels liggen we alweer ruim een week bij Bonaire aan mooring. Omdat we de wind van 5 met uitschieters naar 6 knopen pal tegen hadden, hebben we hier niet naar toe gezeild, maar de 35 mijlen op de motor gevaren. Onderweg hebben we meerdere keren dolfijnen gezien. Eerst een groepje jonkies en daarna de ouderen, die heuse salto’s vanuit de zee in de lucht maakten. Een prachtig gezicht.
Bonaire is een niet al te groot fraai eiland, vooral bekend onder duikers. Ik wed dat mijn duikende broers hier al wel een keer geweest zullen zijn. Ik hou het bij snorkelen en ook dat is de moeite waard. Gisteren heb ik zelfs een Queen Angelfish gezien, een prachtige vis, die zich onder een groot hersenkoraal verschool en daar niet uitdurfde omdat ik ervoor lag. Steeds kwam hij met zijn gele en met blauw omrande ogen om het hoekje kijken om te zien of de kust veilig was en trok hij zich snel weer terug. Op een gegeven moment durfde hij uit zijn schuilplaats te komen en zwom hij voor het koraal langs zodat ik hem in zijn geheel kon bewonderen. Verder hebben we op dit eiland een dagje scooters gehuurd en ermee langs de zoutpannen en zoutbergen gescheurd, wat alleen al vanwege het verschil in kleuren -blauw, zeegroen, bruin, lila en wit- in de verschillende zoutpannen (afhankelijk is van het stadium van het zoutwinningproces) zeer de moeite waard was. In het noorden van het eiland heb je wat meer heuvels en daar ben ik gezakt voor de hellingproef met de scooter. Geen avonturen op zee. Dan maar op de scooter. Midden op een helling ging ik stil staan om Frans wat te zeggen en ik vergat dat ik hem daarbij op de handrem moest houden dus dat ding, die scooter begon spontaan naar beneden te rijden. Ik schrok me dood. De volgende stap was hoe krijg je een stilstaande scooter een steile helling weer op. Gelukkig is dat nagenoeg hetzelfde als bij een auto, dus dat lukte.
Enkele dagen later, toen het iets minder warm was heb ik een fiets gehuurd en het zal je maar gebeuren. Krijg ik in het heuvelachtige gebied een lekke band (voorwiel) op het heetst van de dag en ver van alles verlaten. Dat werd dus lopen naar een dorp, Rincon, dat nog minstens 10 kilometer verderop lag. Gelukkig stond er bij de eerste parkeerplaats die ik tegen kwam een jeep die mij al gepasseerd was toen ik met de fiets aan mijn arm lopend de heuvel op klom, toen nog met volle band. Ik heb om een lift gevraagd. Het bleken Oostenrijkers te zijn, die gezien hun stugge reactie niet zo blij leken met mijn verzoek, maar me toch geholpen hebben. In Rincon hebben ze mij bij een benzinepompstation afgezet, waar een locale man met een afgeroste fiets een biertje stond te drinken. Ik vroeg hem naar een mogelijkheid in Rincon om de band te kunnen laten plakken en toen bood hij aan het zelf te doen. Hij woonde om de hoek, heette Elvis en wees mij naar een terras waar ik wat kon drinken. Ik stierf inmiddels van de dorst. Daar zat ik toch niet helemaal rustig. Stel je voor dat hij er met mijn huurfiets vandoor zou gaan. Na een half uur kwam hij echter trots aanfietsen. Hij bleek uit Nederland te komen, Rotterdam (daar bij het riool te werken) en op vakantie te zijn bij zijn ouders in Bonaire. We waren het er over eens, dat het toch heel wat beter toeven is in Bonaire dan in Nederland, al is het alleen al vanwege het klimaat. Hij was van plan om zich over een jaar definitief in Bonaire te vestigen.
Wanneer we naar Colombia, Cartagena vertrekken is nog steeds niet duidelijk. Waarschijnlijk gaan we zaterdag terug naar Curaçao om het liferaft op te halen. Die is inmiddels wel vanuit Miami op Curaçao aangekomen, maar de douaneprocedures duren nog minstens drie à vier dagen. Afwachten dus….
terug naar de reisverslagen